Bij het bespreken van de wereld van jachten vinden we het contrast tussen het oude en het nieuwe geld, als een spel van status en stijl in een decor van glinsterend water en zwoele briesjes. Terwijl klassen grote verschillen kennen, geldt voor beide werelden de vraag: wanneer krijgt een jacht de titel van 'superjacht'? Wees gerust, formaat telt mee, maar het is niet de enige ster aan het firmament. In principe beginnen jachten vanaf 24 meter (zo'n 79 voet) lengte aanspraak te maken op de superjachtstatus. Doch, om echt die gouden stempel te dragen, moet er meer gebeuren dan een groeispurt; het gaat om decadentie.
Denk aan een toegewijde bemanning zoals een sterren kok die uw verblijf tot een ongeëvenaarde ervaring maakt. Een kapitein die als een nautisch genie de zeeën beheerst en laten we niet vergeten, een gastvrouw om ervoor te zorgen dat uw champagneglas nooit leeg raakt. Dit zijn de smaakmakende ingrediënten van een echte superjacht ervaring. Het gaat om een harmonieus samenkomen van weelde, verfijning en ongeëvenaarde dienstverlening. Ongeacht de grootte van het jacht, wordt het een rijkdom waarin overgave een betere dimensie krijgt. Want ook hetgeen wat goed is, moet worden verbeterd.
Waar liggen dan de verschillen?
Laten we beginnen met de adel, de oude garde van weleer die hun erfgoed niet alleen in hun stamboom dragen, maar ook op hun fraaie houten jachten. Deze waardige aristocraten sturen hun schepen graag langs de zonovergoten Franse Rivièra, waar geschiedenis zich mengt met zilte lucht. En laten we eerlijk zijn, de wapperende zeilen van hun elegante schepen dragen een verhaal van tijdloze klasse en nautische erfenis. Hoewel men thuis al sinds de prille jeugd gewend is om het personeel om zich heen te hebben, worden de zeildagen toch beschouwd als een sportieve aangelegenheid, vrij van enige assistentie. Het op- en aftuigen in de haven wordt natuurlijk door het personeel gedaan, maar dat is begrijpelijk. Men hoeft slechts aan te komen, het touw los te gooien en uit te varen. Bij terugkomst is er geen noodzaak om het hele schip af te tuigen, te schrobben en te poetsen. Immers, men is op vakantie en het zand van de strandrestaurants waar de familie al generaties lang komt, trekt aan. Er kan worden gesteld dat het oude geld vaker wat kleiner blijft varen met klassieke zeiljachten van ongeveer 20 meter, waar een tweetal personeelsleden al snel voldoen. Men heeft zich keurig bij zijn roots weten te houden.
Aan de andere kant kiezen de nouveau riche, nieuwkomers in de gelederen van de welgestelden, vaak voor een snellere route en geven de voorkeur aan brandstof slurpende strijkijzers. Deze moderne klasse heeft de neiging om de paardenkracht los te laten op flamboyante motorjachten, waarbij ze hun pasverworven fortuinen in de schijnwerpers zetten. U ziet het al, twee uiteenlopende universums. Deze schepen overschrijden al snel de grens van zo'n 30 meter en zijn uitgerust met allerhande speeltjes, zoals jetski's, fliteboards en glijbanen. U begrijpt dat men dit niet zelf regelt, vandaar dat er aanzienlijk meer personeel nodig is. Denk aan een triumviraat van dekknechten, een gastvrouw, een chef-kok met een assistent en de kapitein – minimaal.
De havens waar deze jachten aanmeren, transformeren tot het toneel van een sociaal schouwspel. Het oude geld, subtiel en ingetogen, blijft veelal aan boord, genietend van de kalme omarming van hun schip. Het nieuwe geld daarentegen omarmt de openbare sfeer en stapt van de boot, gehuld in haute couture, op zoek naar gelijkgestemde zielen. Hier is kijken en bekeken worden dan weer de norm, Ahoy!